Zo’n vijftien maanden na de Russische invasie van Oekraïne werkt de Europese Unie aan een elfde sanctiepakket. Deze keer geen focus op producten of personen, maar op landen die gesanctioneerde goederen toch Rusland in helpen. Het sanctiepakket zou kunnen betekenen dat landen als Kazachstan, Kirgizië maar ook China handelsbeperkingen opgelegd krijgen.
Sancties
De effecten van de vorige tien sanctiepakketten, laten op zich wachten. De bedoeling was dat een verbod op het verhandelen van bepaalde goederen van en naar Rusland de oorlogskas van Poetin drastisch zou verkleinen. Ook het bevriezen van rekeningen van Poetins bondgenoten bij Europese banken moest de steun voor de Russische president verkleinen. De effecten vallen echter tegen.
Nog steeds kopen veel landen Russische olie en worden via oude sovjetlanden producten als microchips en halfgeleiders, die nodig zijn voor moderne wapensystemen, toch Rusland in gebracht.
Een nieuw sanctiepakket is de oplossing volgens de Europese Commissie. Het is een nieuwe stap in het buitenlandbeleid van de EU. De Verenigde Staten hebben al een dergelijk systeem. Derde landen of bedrijven kunnen met handelsbeperkingen gestraft worden als ze niet meewerken met de sancties van de VS.
Goed plan?
Of het daadwerkelijk zover komt, is nog maar de vraag. EU-lidstaten bepalen uiteindelijk welke landen sancties opgelegd krijgen, niet de Commissie. Daarnaast heerst er angst over welke maatregelen gesanctioneerde landen tegen de EU nemen. Ook via bijvoorbeeld Turkije bereiken gesanctioneerde goederen Rusland. Sancties op Turkije zou kunnen betekenen dat Turkse president Erdogan de deur naar Europa voor vluchtelingen weer openzet.
