EU-lidstaten hebben ingestemd met een voorstel van de Europese Commissie om het gebruik van zogenoemde renure-meststoffen toe te staan. Dat zijn meststoffen die uit dierlijke mest worden teruggewonnen en als kunstmestvervanger kunnen dienen. Het plan ligt de komende drie maanden ter inzage bij het Europees Parlement en de Europese Raad. Als daar geen bezwaar komt, kan de Commissie de wijziging van de nitraatrichtlijn definitief maken.

Eurocommissaris voor Milieu Jessika Roswall noemt het besluit “een concrete stap om landbouwers meer mogelijkheden te bieden en tegelijkertijd gemeenschappelijke natuurlijke hulpbronnen te beschermen”. Lidstaten krijgen met het voorstel de vrijheid om zelf te bepalen of ze de meststoffen toelaten en onder welke voorwaarden. Demissionair minister van Landbouw Femke Wiersma noemt de goedkeuring “een enorme mijlpaal voor de Nederlandse landbouw”.

Nederland

Nederland heeft zich de afgelopen jaren sterk gemaakt voor dit besluit. Wiersma schreef in maart nog aan de Tweede Kamer dat zij zich in Europa in blijft zetten voor de toelating van renure en dat ze goede hoop had dat er onder de lidstaten voldoende steun voor was. Wiersma ziet renure als een manier om boeren wat extra ruimte te geven nu de zogenoemde derogatie is afgeschaft. Dat was een Europese uitzonderingsregeling waardoor Nederlandse boeren jarenlang méér dierlijke mest mochten uitrijden dan in andere lidstaten was toegestaan. Die regeling is stapsgewijs afgebouwd, waardoor boeren sneller moeten overschakelen op kunstmest of andere alternatieven. Renure kan daarbij een aanvulling zijn: boeren zouden kunstmest deels kunnen vervangen en kosten besparen. Ook speelt mee dat de EU minder afhankelijk wil worden van import van kunstmest, onder meer uit Rusland.

Het gebruik van renure is niet onomstreden. Milieuorganisaties waarschuwen dat een ruimere inzet van meststoffen kan leiden tot meer stikstofuitstoot en risico’s voor waterkwaliteit. Het kabinet benadrukte eerder daarom dat er strikte voorwaarden moeten gelden, zodat milieudoelen niet in gevaar komen en de veestapel niet verder groeit.

SGP-Europarlementariër Bert-Jan Ruissen reageert verheugd op het nieuws: “Dit geeft de veehouderij meer ruimte om kunstmest te vervangen door nutriënten uit dierlijke mest. Dit past in de omslag naar meer circulariteit.” Ook boerenorganisatie LTO is blij met het nieuws. “LTO ziet dit als een duidelijk signaal dat verduurzaming en praktische toepasbaarheid hand in hand kunnen gaan. Met dit besluit komt een einde aan jarenlange vertraging en onzekerheid.”

Meer weten? Volgende week lees je in onze Nieuwsbrief Landbouw & Visserij een uitgebreid verhaal van hoofdredacteur Bert van Slooten over de toelating van renure en wat dit betekent voor Nederlandse boeren. Abonneer je nu en blijf elke twee weken op de hoogte van alle Europese regels rond mest, stikstof en voedselkwaliteit.