Het aantal asielzoekers dat Europa bereikt, is de afgelopen twee jaar weer toegenomen, meldt het Europese Migratie Netwerk (EMN). Na een korte daling in 2020 en 2021, door de coronacrisis, loopt de druk op de Europese vluchtelingenopvang opnieuw op. De vluchtelingen komen vooral uit het Midden-Oosten, zoals Syrië en Afghanistan, maar ook uit Oekraïne. In 2023 vroegen meer dan een miljoen vluchtelingen asiel aan. Die aantallen werden voor het laatst gemeten in 2016.
Vooral in landen als Estland (15,6 procent), Letland (13,6 procent) en Malta (17,5 procent) liggen de aantallen hoog. Die drie landen vangen in verhouding tot de eigen populatie nu de meeste derdelanders op. In verhouding: Slowakije, Hongarije en Bulgarije vangen de minste vluchtelingen op. Bij die drie landen zweeft het percentage derdelanders rond de 1 procent. Nederland zit iets onder het gemiddelde. Bij ons is, volgens de cijfers van EMN, 4 procent van de totale populatie derdelander. Het Europees gemiddelde zit op 6,1 procent. Het EMN verzamelt samen met nationale instituten data over migratie om beleidsmakers een beter beeld te geven van wat er speelt.
Migratieroutes
Vluchtelingen bereikten de EU in het verleden voornamelijk via de Middellandse Zee. Vooral via de route van Noord-Afrika naar Italië. Maar daar is de laatste maanden een daling te zien. Sinds de EU migratiedeals sloot met Noord-Afrikaanse landen zoals Tunesië verschuift de populariteit van migratieroutes naar het westen en het oosten. Het zogeheten ‘waterbedeffect’.
Maatregelen op de Middellandse Zee zorgen ervoor dat vluchtelingen nu via de Canarische Eilanden de EU proberen te bereiken of juist weer via Griekenland. Ook die route was in het verleden populair totdat de EU een deal sloot met de Turkse president Erdogan. In ruil voor financiële steun zou Turkije vluchtelingen die de oversteek naar Europa wilde maken tegenhouden.
Opvang in Nederland
Ook in ons land loopt de druk op. De aanmeldlocatie voor vluchtelingen in Ter Apel heeft regelmatig te maken met overbezetting. Officieel mogen er maar 2.000 vluchtelingen overnachten, maar vaak kan het Centraal Orgaan Asielzoekers (COA) geen ruimte vinden om de vluchtelingen onderdak te geven. Vorig jaar nog waren vluchtelingen genoodzaakt om op het gras in Ter Apel tentjes op te zetten.
Er is hulp nodig van gemeenten, zegt het COA. Die zijn in staat om meer vluchtelingen te huisvesten in leegstaande gebouwen of ongebruikte gymzalen. Maar het animo bij gemeenten is laag. Vaak stuit de opening van een asielzoekerscentrum of noodopvanglocatie (die tijdelijk onderdak bieden) op tegenstand vanuit de buurt en de gemeenteraad.
‘Asielcrisis’
De nood loopt zo hoog op dat de vier regeringspartijen, PVV, VVD, NSC en BBB, een asielcrisis uit wilden roepen. Daarmee zou Nederland de vrijheid krijgen maatregelen te nemen om de migratiestroom naar Nederland te verminderen. Buiten Europese regels om. Een speerpunt van de PVV, die de afgelopen Tweede Kamerverkiezingen met een groot aantal zetels won en vooral campagne voerde over de kwestie migratie.
Maar Nederland is, voor het idee van een asielcrisis op tafel lag, al teruggefloten door Eurocommissaris voor Migratie Ylva Johansson. “Als Nederland een asielcrisis wil uitroepen, moet het land een goed onderbouwd verzoek bij de Europese Commissie indienen”, zegt Johansson. Nederland moet eerst aantonen dat het opvangstelsel in eigen land daadwerkelijk vastgelopen is, ondanks goede voorbereiding en extra maatregelen.