“We moeten wel rekening houden met de verkiezingsuitslag”, is de zin die momenteel overal in Brussel te horen is. Bij de verdeling van de belangrijke posten nemen vooral regeringsleiders die vinden dat ze te weinig krijgen deze woorden in de mond.
De eerste bespreking over de strategische agenda, het regeerprogramma voor de komende vijf jaar, is ondetussen geweest. De Belg Michel (voorzitter van de Europese Raad) had een stuk geschreven waar ze naar hartenlust op konden schieten. Dat deed vooral de Franse president Macron. Hij is ontevreden omdat er wel heel veel prioriteiten worden geformuleerd, zonder te zeggen wie het gaat betalen. En nog belangrijker: waar het geld vandaan moet komen.
Meningsverschillen
Om te beginnen zijn er veel meningsverschillen over het migratiebeleid. Het staat wel in het stuk van Michel, maar blijft volgens een groot aantal regeringsleiders veel te vaag. Ze willen dat gesproken wordt over ‘innovatieve oplossingen’. Deze term wordt gebruikt in een brief van vijftien landen, waaronder Nederland.
Zij zien het liefst dat migranten al op zee worden gecontroleerd. Opvang kan dan meteen in landen buiten Europa plaatsvinden (het Rwanda-model genoemd). Er kan ook gedacht worden aan de afspraken die Italië met Albanië heeft gemaakt. Alles kan, zolang het maar een veilig derde land is. Michel gaat er over nadenken.
Er wordt ook verschillend gedacht over de Green Deal. De smaken zijn doorgaan, stilstand of begraven. Voorlopig zijn de leiders er nog niet uit. Een mogelijk compromis zou kunnen zijn om niet teveel ambitie in de tekst op te schrijven, maar wel gewoon verder te gaan met wat in gang is gezet. En toezien op de uitvoering ervan. Ook wordt er gevraagd om een andere benadering; meer prikkels en meer financiële beloningen in plaats van sancties en boze vingers uit Brussel.
Hete aardappel
Tot slot de altijd prangende vraag: wie gaat dat betalen? Er moet de komende week een stuk komen met opties. In maart vroegen de Europese leiders al aan de Europese Commissie een overzicht met mogelijkheden te maken, met name voor de defensie-industrie. Wie heeft er geld, en hoe kan Europa dat krijgen en gebruiken?
De hete aardappel in die discussie zijn de gezamenlijke leningen; de zogenoemde eurobonds. Landen als Italië en Frankrijk zijn daar groot voorstander van, maar in Duitsland en Nederland moeten ze er niet aan denken.
Veto
Het moet nog blijken of ze eruit gaan komen. Boven tafel hangt namelijk de dreiging van een Hongaars veto. Over de prioriteiten moeten de leiders het unaniem eens zijn. Orbán vindt echter dat er nog geen recht is gedaan aan de verkiezingsuitslag. Maar er is nog tijd. Pas aan het eind van deze week is de top.
Ook elke zondagochtend gratis dé Europa-nieuwsbrief vol geopolitieke analyses van onze hoofdredacteur Bert van Slooten (cartoon), hardnekkige geruchten en heel veel Europees nieuws gratis in je mail? Abonneer je hier.